DOC/Dairy Partners - beschrijvende handelsnamen

Al enige jaren (sinds de uitspraken Artiestenverloning en Parfumwinkels) is er in de rechtspraak een discussie gaande over hoever de bescherming strekt van puur beschrijvende handelsnamen. Kan een bedrijf met een beschrijvende handelsnaam deze naam monopoliseren en daarmee andere bedrijven verbieden dit woord te gebruiken als handelsnaam?

 

DAIRY Partners en DOC DAIRY Partners zijn beide zuivelbedrijven en internationaal actief. DAIRY Partners stelt dat de twee bedrijfsnamen te veel op elkaar lijken en er verwarringsgevaar is en eist een verbod. DOC stelt dat dairy (zuivel) puur beschrijvend is voor een zuivelbedrijf. In dat geval is verwarringsgevaar niet voldoende voor een verbod op gebruik van de bedrijfsnaam, maar moeten er bijkomende omstandigheden zijn?

De Hoge Raad heeft dit voorjaar duidelijkheid hierover gegeven. Bijkomende omstandigheden zijn niet noodzakelijk, het gaat om verwarringsgevaar. Daarbij moet dan wel rekening worden gehouden met alle overige omstandigheden van het geval (ook het gebruik). Het publiek zal alleen een beschrijvende handelsnaam associëren met een onderneming als die naam is ingeburgerd door zeer intens gebruik. Het publiek weet dat bedrijven vaak beschrijvende namen gebruiken en zal deze daardoor minder snel met elkaar verwarren, kleine verschillen zijn dan voldoende.

De beschermingsomvang van een beschrijvende naam is dus heel beperkt, de beschermingsomvang van een onderscheidende bedrijfsnaam een stuk groter.

handelsnamen



De laatste artikelen
DJ Djoko moet naam wijzigen
Rituals te koop bij The Body Shop?
Misleidende duurzaamheidsclaims Primark
Prada patroon – basaal en alledaags
The Bulldog eist terecht schade van Red Bull
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz over modellenrechten

Eiser verkoopt online haar kinderfietsen. Om haar rechten te beschermen heeft het bedrijf het design van deze fietsen vastgelegd als Uniemodel. Via een meervoudig model registreert het bedrijf in een keer 10 nieuwe uitvoeringen van haar kinderfietsen als Uniemodel. Als Gedaagde met een vergelijkbare fiets komt, volgt er een procedure. Eiser stelt onder andere inbreuk op haar modelrechten. Gedaagde stelt dat dit niet zo is. Een model moet nieuw zijn en eigen karakter hebben. Gedaagde stelt dat het model niet nieuw is omdat er diverse fietsen al stukjes te vinden zijn van dit model. Eigenlijk zijn de fietsen van gedaagde een combinatie hiervan, dus om die reden hebben de fietsen geen eigen karakter. De modellen zijn volgens gedaagde dan ook nietig. Mochten de modellen van eiser geldig zijn, dan wijkt zijn fiets voldoende af. Gedaagde stelt namelijk dat eiser in het meervoudige model bescherming heeft gevraagd voor min of meer gelijkende modellen. Blijkbaar vindt eiser dat deze modellen van elkaar afwijken om een andere algemene indruk te wekken. De fietsen van gedaagde wijken net zoveel af, dus wekken dan ook een andere algemene indruk (het zogenaamde tangwerking argument). Wie heeft er gelijk, zijn de fietsen van eiser een geldig model ondanks dat het bestaat uit al bekende aspecten uit allerlei fietsen en/of wijkt het model van gedaagde voldoende af en kan gedaagde een beroep doen op de tangwerking in verban met het meervoudig model?