MOB tas parodie op Louis Vuitton, parodie en merkenrecht

De rechter in New York heeft een lans gebroken voor de parodie-exceptie in het merkenrecht. My Other Bag verkoopt canvas tassen met op de voorkant de tekst ‘My Other Bag’ en op de achterzijde een tekening van een Louis Vuitton tas. De tas is een knipoog naar de bumperstickers ‘my other car…’ uit de jaren zeventig. Oude auto’s reden met zo’n sticker, suggererend dat de rijder nog een andere luxe wagen heeft, zoals een Mercedes. Een grap die menig Amerikaan kent en waar deze tas bij aansluit. Louis Vuitton kan de grap niet waarderen en start een rechtszaak.

Zij beroept zich op haar merkrechten en auteursrechten. Gebruik zou schadelijk zijn voor het imago en tot verwatering van het merk leiden. My Other Bag stelt dat dit een geoorloofde parodie is. De consument ziet direct de grap en niemand raakt verward. De rechter is het hier mee eens. “Louis Vuitton is … an active and aggressive enforcer of its trademark rights. In some cases, however, it is better to “accept the implied compliment in [a] parody” and to smile or laugh than it is to sue.” In Nederland gaat dit verweer niet op. Over de rug van de bekende merkhouder producten verkopen, is aanhaken bij diens populariteit en merkinbreuk. De parodie kan wel ingeroepen worden in het kader van vrijheid van meningsuiting, maar daar zit geen financieel belang achter.

parodie



De laatste artikelen
DJ Djoko moet naam wijzigen
Rituals te koop bij The Body Shop?
Misleidende duurzaamheidsclaims Primark
Prada patroon – basaal en alledaags
The Bulldog eist terecht schade van Red Bull
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz over modellenrechten

Eiser verkoopt online haar kinderfietsen. Om haar rechten te beschermen heeft het bedrijf het design van deze fietsen vastgelegd als Uniemodel. Via een meervoudig model registreert het bedrijf in een keer 10 nieuwe uitvoeringen van haar kinderfietsen als Uniemodel. Als Gedaagde met een vergelijkbare fiets komt, volgt er een procedure. Eiser stelt onder andere inbreuk op haar modelrechten. Gedaagde stelt dat dit niet zo is. Een model moet nieuw zijn en eigen karakter hebben. Gedaagde stelt dat het model niet nieuw is omdat er diverse fietsen al stukjes te vinden zijn van dit model. Eigenlijk zijn de fietsen van gedaagde een combinatie hiervan, dus om die reden hebben de fietsen geen eigen karakter. De modellen zijn volgens gedaagde dan ook nietig. Mochten de modellen van eiser geldig zijn, dan wijkt zijn fiets voldoende af. Gedaagde stelt namelijk dat eiser in het meervoudige model bescherming heeft gevraagd voor min of meer gelijkende modellen. Blijkbaar vindt eiser dat deze modellen van elkaar afwijken om een andere algemene indruk te wekken. De fietsen van gedaagde wijken net zoveel af, dus wekken dan ook een andere algemene indruk (het zogenaamde tangwerking argument). Wie heeft er gelijk, zijn de fietsen van eiser een geldig model ondanks dat het bestaat uit al bekende aspecten uit allerlei fietsen en/of wijkt het model van gedaagde voldoende af en kan gedaagde een beroep doen op de tangwerking in verban met het meervoudig model?