eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz over merkenrechten

Het Duitse merk EyeSense maakt bezwaar tegen registratie van het woordmerk ISENSE voor medische apparatuur/ diagnose apparatuur. Zij beroept zich op haar woordmerk EyeSense voor oogheelkundige diagnostische apparatuur. De producten zijn dus identiek. Het merk spreek je net zoals de iPhone en de iPad op zijn Engels uit. Om die reden zijn beide merken identiek. De verweerder is het hier niet mee eens. Het relevante publiek is namelijk beste wel professioneel. De verschillen in de prefix (begin van het merk) zijn visueel duidelijk anders en dat wordt benadrukt door de hoofdletter S die het merk in twee delen opsplitst. Het aangevallen merk is duidelijk anders en men zal het begin dan ook uitspreken als IE in plaats van EI. Wel of geen inbreuk? Het OHIM wees de oppositie af en het Gerecht volgt die beslissing. De producten in klasse 10 zijn identiek. Het relevante publiek is de Duits sprekende consument, gespecialiseerd in het technisch/ medische gebied. De visuele overeenstemming is matig ondanks dat de laatste vijf letters hetzelfde zijn Het begin van de woorden verschilt echter sterk, en dat komt ook omdat de twee worden van het oude merk gescheiden worden door de hoofdletter S. Tevens besteed de consument meer aandacht aan de prefix/ het eerste deel. Het nieuwe merk zal door de consument niet in twee delen worden gebroken. Auditief zijn de merken verschillend en het Gerecht verwerpt de stelling dat het merk uitgesproken zal worden in het Engels zoals een iPhone. Het oudere merk heeft daarnaast een zwak onderscheidend vermogen in relatie tot de aangevraagde waren. Omdat de consument een verhoogd aandachtsniveau is er daarom geen kans op verwarring.
Eindoordeel merkenrecht: Geen inbreuk

Uitspraak: GvEA 9 maart 2012 - T-207/11 »

Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?