Octrooien

Octrooibescherming is een recht waarmee de octrooihouder een ander mag verbieden zijn geoctrooieerde uitvinding te vervaardigen, te gebruiken, verhandelen, (verder) te verkopen, aan te bieden, in te voeren of in voorraad te hebben.

De geoctrooieerde uitvinding heeft in de regel betrekking op innovaties met een ‘technisch’ karakter. De looptijd van een octrooi is maximaal twintig jaar na indiening. Wat precies wel en niet kan worden geoctrooieerd, is afhankelijk van de lokale wetgeving. Zo is in de Verenigde Staten het mogelijk om software te octrooieren en in Europa is dit minder eenvoudig. In de Verenigde Staten zijn bv therapeutische handelingen octrooieerbaar en in Europa niet.

Een octrooi wordt verleend (bv door het Europees Octrooibureau of de US Patent and Trademark Office) voor uitvindingen die nieuw en inventief zijn. Aan het nieuwheidvereiste is voldaan als alle elementen van de uitvinding niet zijn geopenbaard in één op zich zelf staande publicatie of presentatie. Verkoop (of voor de VS zelfs alleen maar het publiekelijk aanbieden) van een product kan ook nieuwheidschadelijk zijn waardoor octrooieren later niet meer mogelijk is.

Dien daarom altijd (in tenminste een land) eerst een octrooiaanvrage in om een ‘eerste datum’ te verkrijgen. Vervolgens kan de uitvinding wereldkundig gemaakt worden, bijvoorbeeld door proefmonsters naar klanten te sturen of via een presentatie op een congres. Binnen twaalf maanden na de eerste indiening moet wel in andere landen een (vervolg)aanvraagd worden ingediend als daar het product ook beschermd moet worden. Door dan de ‘eerste datum’ te ‘claimen’ is dit wereldkundig maken van de eigen uitvinding niet schadelijk voor de octrooieerbaarheid in deze andere landen.

Abcor werkt samen met een onafhankelijk netwerk van specialisten om goedkoper en efficiënter een aanvraag in te dienen. Dat geldt niet alleen voor nieuwe aanvragen, maar ook voor de verlenging van de instandhoudingstaksen. Door onze totaal andere werkwijze en een strategische samenwerking met een vernieuwingskantoor, kunnen de vernieuwingskosten een stuk lager aangeboden worden dan tot op heden gebruikelijk is.

Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?