Ikea lamp niet ontleend aan proplamp - slaafse nabootsing en kennis hebben van eerder ontwerp

Een idee is niet te beschermen, wel de uitvoering daarvan. Bij producten van toegepaste kunst kan de maker de vormgeving claimen via het auteursrecht of via het modellenrecht. In Nederland is er daarnaast nog een vangnet: de slaafse nabootsing. Tot op heden is deze grond steeds ingeroepen bij producten die nagemaakt werden. Maar kan hier ook een beroep op worden gedaan als iemand anders toevallig hetzelfde idee zelfstandig heeft uitgewerkt? Die vraag staat centraal in de proplamp zaak.

Teeuwen ontwikkelt in 2010 de proplamp, een voorgevormde lamp die door de koper verder gepropt kan worden. De lamp wordt verkocht aan de Gummmbar in Amsterdam. In 2013 volgt er een synthetisch versie. Als in 2014 Ikea met een vergelijkbare lamp komt, rijst de vraag of deze lamp zelfstandig is ontwikkeld of ontleend is aan de lamp van Teeuwen. De rechter is ervan overtuigd dat Ikea niet wist van het bestaan van de Teeuwen proplamp. Gevolg: dit is geen slaafse nabootsing. Deze zaak was waarschijnlijk anders gelopen als de ontwerper tijdig een modelregistratie hiervoor had gedaan. (Deze is altijd te raadplegen in het register.) De vraag is dan niet ontlening, maar of de algemene indruk verschilt.

auteursrecht



De laatste artikelen
DJ Djoko moet naam wijzigen
Rituals te koop bij The Body Shop?
Misleidende duurzaamheidsclaims Primark
Prada patroon – basaal en alledaags
The Bulldog eist terecht schade van Red Bull
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz over modellenrechten

Eiser verkoopt online haar kinderfietsen. Om haar rechten te beschermen heeft het bedrijf het design van deze fietsen vastgelegd als Uniemodel. Via een meervoudig model registreert het bedrijf in een keer 10 nieuwe uitvoeringen van haar kinderfietsen als Uniemodel. Als Gedaagde met een vergelijkbare fiets komt, volgt er een procedure. Eiser stelt onder andere inbreuk op haar modelrechten. Gedaagde stelt dat dit niet zo is. Een model moet nieuw zijn en eigen karakter hebben. Gedaagde stelt dat het model niet nieuw is omdat er diverse fietsen al stukjes te vinden zijn van dit model. Eigenlijk zijn de fietsen van gedaagde een combinatie hiervan, dus om die reden hebben de fietsen geen eigen karakter. De modellen zijn volgens gedaagde dan ook nietig. Mochten de modellen van eiser geldig zijn, dan wijkt zijn fiets voldoende af. Gedaagde stelt namelijk dat eiser in het meervoudige model bescherming heeft gevraagd voor min of meer gelijkende modellen. Blijkbaar vindt eiser dat deze modellen van elkaar afwijken om een andere algemene indruk te wekken. De fietsen van gedaagde wijken net zoveel af, dus wekken dan ook een andere algemene indruk (het zogenaamde tangwerking argument). Wie heeft er gelijk, zijn de fietsen van eiser een geldig model ondanks dat het bestaat uit al bekende aspecten uit allerlei fietsen en/of wijkt het model van gedaagde voldoende af en kan gedaagde een beroep doen op de tangwerking in verban met het meervoudig model?