Royal Dutch en het predicaat Koninklijke

Het gebruik van de term Hofleverancier of Koninklijk is aan strenge regels onderworpen. Het zijn eretitels die door de Koning aan een bedrijf worden toegekend omdat het bedrijf een vooraanstaande plaats inneemt in Nederland. Het bedrijf moet daarnaast nog aan een aantal andere eisen voldoen. Het bedrijf moet o.a. minimaal 100 jaar bestaan, 100 personeelsleden hebben en een uitstekende reputatie hebben. De toekenning van de Koning is een gunst en niet een afdwingbaar recht. Bedrijven die zomaar de titel Hofleverancier, of Koninklijk opnemen in hun handelsnaam wekken de suggestie die strenge toets succesvol doorstaan te hebben. Om misbruik hiervan aan te pakken (en ter bescherming van alle intellectuele eigendomsrechten van het koninklijk huis), heeft onze toenmalige Koningin Beatrix in 2002 een stichting hiervoor opgericht.

Het bedrijf Royal Dutch Holding is een beleggingsmaatschappij die haar activiteiten vooral richt op de Noord-Afrikaanse regio en de oliestaten. Het predicaat “Koninklijk” is niet aan dit bedrijf toegekend. Onze Nederlandse Handelsnaamwet bepaalt dat een bedrijf niet een naam mag voeren die misleidend is. Beide partijen zijn het erover eens dat gebruik van het woord “Koninklijke” in de handelsnaam misleidend zou zijn. Omdat de Engelse taal in Nederland zo gebruikelijk is, vindt de kantonrechter dat dit ook geldt voor het woord Royal. Het bedrijf moet de naam wijzigen en mag de woorden Royal of Royal Dutch niet meer gebruiken op straffe van een dwangsom van € 1.000,- per dag.

handelsnamen

De laatste artikelen
Normaal merkgebruik op social media
Positiemerk gele stiksels Dr. Martens boots nietig
Merkbescherming in Qatar
Bestrijden greenwashing/milieuclaims in merken
Run on Nitro
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?