Uitgangspunt voor IOC, bedrijven en sponsors

Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) heeft via merken- en modellenrechten een monopolie op het gebruik van Olympische symbolen, zoals de naam, de vijf ringen en de mascottes. De rechten staan op naam van het IOC maar de nationale Olympische Comités (zoals het NOC/NSF in Nederland) zijn in hun eigen land verantwoordelijk voor de handhaving hiervan. De aanpak wanneer op te treden kan dus per land verschillen.

 

In 2022 is in Frankrijk, mogelijk onder druk van het IOC, speciale wetgeving aangepast (de Franse Sport Code) om alle vormen van ambush-marketing te bestrijden. Sporters en hun privésponsors zijn daarnaast gebonden aan Rule 40 van het Olympic Charter. Daarin staat onder welke voorwaarden topsporters en hun privésponsors tijdens de Olympische Spelen mogen communiceren.
Dit alles natuurlijk om de officiële Olympische sponsors te beschermen.

Naast TV-contracten en entree-inkomsten vormen sponsorgelden de financiële ruggengraat van het IOC. Sponsoren binden zich voor vier jaar. Er zijn vier soorten sponsors: Worldwide Partners (zoals Coca Cola en Omega), Premium Partners (LVMH en Carrefour), Official Partners (Decathlon en PwC), en Official Supporters (Randstad en SNCF). Voor deze sponsorbedrijven gelden speciale regels.

merken



De laatste artikelen
Franse Sport Code
Wat claimt het IOC?
Ambush Marketing en de Olympische Spelen
Paris 2024 – Olympische Spelen
Lidl logo - reputatieschade
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?