Vlag boksende kangoeroe van het Australische team mag blijven wapperen tijdens Olympische Winterspelen

Nadat het Australische team zich gesetteld had in het Olympische dorp brak de eerste rel van de Olympische Winterspelen direct uit. Tot grote ontsteltenis van het IOC wapperde er namelijk aan het balkon een vlag met een boksende kangoeroe.

Het IOC eist verwijdering want dit is merchandising en een inbreuk op haar merkrechten. De vlag is tevens een geregistreerd merk, en zoals gebruikelijk mogen alleen de officiële sponsors een link maken naar de Olympische Spelen. De afbeelding van de vlag is gedeponeerd als merk voor de promotie van sport en fair play in scholen.

Julia Gillard, vice-premier van Australië, melde “Het IOC maakt zich belachelijk met zijn eis om onze vlag weg te nemen”. Voor de Australiërs is de kangoeroe een nationaal symbool dat staat voor hun vechtlust,dus het team was dan ook niet van plan de vlag te verwijderen. Zo vlak voor de opening heeft het Australische team zijn eerste overwinning binnen. De omstreden vlag met een boksende kangoeroe mag blijven wapperen. De president van het AOC (Australisch Olympisch Comité) John Coates verklaarde dat hij het IOC heeft kunnen overtuigen, de vlag mag blijven wapperen en John Coates onderstreepte nogmaals dat er geen merchandising producten verkocht worden met boksende kangoeroes zowel niet in Canada als online.(Bron beeld: ANP)

merken



De laatste artikelen
Valse hoop beschrijvend merk
Social media en de Olympische Spelen
Olympische Spelen en de Officiële sponsors
Characters en pictogrammen
Rule 40 en het Olympisch Handvest
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?