Namen leden Koninklijk Huis als merk; (on)toelaatbare merkregistraties

In de Benelux kunnen namen van leden van het Koninklijk Huis gewoon als merk geregistreerd worden. In tegenstelling tot veel andere Europese landen, is er in de Benelux merkenwet geen aparte bepaling opgenomen om aanhaken tegen te gaan. In de rechtspraak is al eerder bepaald, dat merkgebruik niet de indruk mag wekken dat het product of de dienst van rijkswege wordt bevorderd, gesteund of erkend. Maar wat mag nu eigenlijk wel en niet?

Al eerder is de vraag aan de orde geweest of het niet verboden moet zijn om tekens met een sterke symbolische betekenis te kunnen registreren als merk. Daar is echter niet voor gekozen. De autoriteiten zullen namen goedkeuren, zolang het teken niet een negatieve lading heeft. Zo werd bijvoorbeeld het merk TRIX IS NIX geweigerd door de autoriteiten omdat dit denigrerend was voor de koningin.

Gebruik van namen en titels. Toch is de registratie van een naam van een lid van het Koninklijk Huis als merk niet zonder risico. Vooral als de naam van de persoon gebruikt wordt, in combinatie met een titel/ functie. Hierdoor kan de indruk gewekt worden, dat van rijkswege het merkgebruik gesteund of erkend wordt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het KWF: Nederlandse Kankerbestrijding/ Koningin Wilhelmina Fonds. De naam verwijst naar de grote donatie (twee miljoen) die de koningin kreeg in haar jubileumjaar en wat zij geheel schonk aan de bestrijding van kanker.

Er zijn ook merken geregistreerd waar het maar de vraag is, of die toestemming wel gegeven is. Mocht dat niet het geval zijn, dan is gebruik van zo’n merk niet zonder risico. Vooral in de rozenwereld is ons Koninklijk Huis populair. Niet alleen de naam “Koningin Wilhelmina” is als merk voor rozen geregistreerd, maar ook de naam “Koningin Beatrix” (alleen Koningin Maxima ontbreekt nog). Een ander bekend voorbeeld is natuurlijk Wilhelmina pepermunt. (Bestaat nog steeds, dit in tegenstelling tot Willem Alexander pudding.)

Tegenwoordig anticipeert het Koninklijk Huis wel op aanhakend gebruik. Zo heeft zij via een stichting (vlak voor de geboorte) de naam van Prinses Catharina Amalia als merk laten vastleggen voor een hele rits aan goederen en diensten. Dat was jammer voor de Nederlander die drie dagen later (bij de bekendmaking) de naam liet vastleggen voor eveneens een hele reeks aan producten.

merken



De laatste artikelen
Valse hoop beschrijvend merk
Social media en de Olympische Spelen
Olympische Spelen en de Officiële sponsors
Characters en pictogrammen
Rule 40 en het Olympisch Handvest
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?