Het Ketelhuis: parodie of ontoelaatbare tabaksreclame?

In reclame wordt soms gebruik gemaakt van een parodie. Bij een parodie wordt op een overdreven manier een persoon/ merk/ origineel werk op de hak genomen. Daarbij is dus niet alles geoorloofd. Een parodie moet enerzijds humor hebben, maar mag niet onnodig kwetsend zijn of afbreuk doen aan het origineel of de reputatie van de maker. Omdat een parodie altijd gebaseerd is op iets anders, is er vaak direct een conflict met een andere recht. Denk daarbij aan de seksparodieën op Kuifje (inbreuk op het auteursrecht), de zoenende paus van Benetton (portretrecht) of de strijd tussen McDonalds en Burger King (merkenrecht). (Dit artikel is tevens verschenen in de weekendbijlage van de HDC kranten.)

Soms komen de bezwaren echter uit een totaal andere hoek. Afgelopen maand is er na ruim vier jaar procederen een besluit gevallen in een vrij principiële zaak, namelijk de kwestie rond een poster van Stichting Het Ketelhuis. Om de Nederlandse film te promoten, is er een poster ontwikkeld die verdacht veel lijkt op het logo en de sigarettenverpakking van Lucky Strike. De poster bevat ook een serieuze waarschuwing. Dit keer niet dat roken slecht is voor de gezondheid, maar “Nederlandse films gaan je aan het hart”.

Bezwaar tegen de poster kwam er. Dit keer niet van de merkhouder (Lucky Strike) maar van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Een aanval dus uit een totaal niet verwachte hoek. Kern van deze zaak is de tabakswet (uit 1990), een wet die een paar keer verscherpt is. Reclame voor tabak in tijdschriften is sinds 2003 verboden, net zoals sponsoring van evenementen. Eigenlijk mag er alleen nog reclame gemaakt worden in de winkel.

Voor de minister is de tabakswet ook duidelijk. Het is een algemeen verbod (ook sluikreclame valt eronder) en die kent geen uitzondering voor de parodie. Gebruik van een merk, logo of deel van een logo van een tabaksmerk is niet toelaatbaar ook al gaat de boodschap over iets heel anders. Ieder commerciële uiting waar een link wordt gemaakt naar tabak is verboden, ongeacht of de afzender een andere intentie heeft. Er volgt een boete van 450 euro. Het Ketelhuis maakt hiertegen bezwaar. Het logo is duidelijk anders en tevens beroept zij zich op de vrijheid van meningsuiting/ dat dit een toelaatbare parodie is.

In 2011 valt het eerste besluit. De rechtbank volgt het parodieverweer. De uiting is geen commerciële uiting om tabaksreclame te maken, maar heeft als doel de Nederlandse film te promoten. In hoger beroep (vorige maand) wordt dit bevestigd. Reclame, sluikreclame en sponsoring zijn verboden. Als de maker niet de intentie heeft om dit tabaksreclameverbod te omzeilen, dan kan dit van belang zijn. De poster beoogt reclame te maken voor de Nederlandse film en vormt – gelet op de rode, met ringen omgeven cirkel, de zwarte waarschuwingsstempel en de verdere opmaak – een parodie op tabaksreclame. De boete van 450 euro wordt kwijtgescholden. Parodie is vaak leuk, maar blijft gevaarlijk omdat er vaak rechten van anderen geschaad worden (zoals auteurs-, portret- of merkrechten). Check daarom wel eerst de toelaatbaarheid.

reclamerecht



De laatste artikelen
Lidl logo - reputatieschade
Normaal merkgebruik op social media
Positiemerk gele stiksels Dr. Martens boots nietig
Merkbescherming in Qatar
Bestrijden greenwashing/milieuclaims in merken
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?