Slagzinnengevecht tussen Merci en Leonidas

1965 komt Storck (de Duitse fabrikant van Merci) met het briljante idee om chocola specifiek als geschenk in de markt te zetten. Chocola voor vrienden/ familie om ze een keer te bedanken. De commercials eindigen daarom steevast met de pay-off: “Merci, dat jij er bent” (of vergelijkbare slogans in andere talen). Door een slogan consequent en langdurig te gebruiken, kan een gebruikelijke zin inburgeren en daardoor worden geregistreerd als merk.

Als Leonidas een campagne start gebaseerd op hetzelfde thema met de slogan: ‘OMDAT JIJ HET BENT” escaleert dit. De rechter oordeelt dat deze slogan een inbreuk is op de bekende slagzin “Merci, dat jij er bent”. De slagzinnen lijken te sterk op elkaar zodat het publiek een verband legt tussen het bekende merk en de nieuwe slagzin. De toevoeging van Leonidas heft dit niet op.

Afgelopen maanden zagen we een vergelijkbaar conflict tussen Bavaria en Your Hosting. Bavaria zocht haar heil in het auteursrecht om een claim te krijgen op de slogan. In eerste instantie won Bavaria, maar het Hof was gelukkig wat wijzer en wees deze claim af omdat bij het auteursrecht andere eisen gelden (de zin was te banaal). Mocht een slagzin (ook vrij banale slagzinnen) van belang zijn en consequent gebruikt worden, vertrouw dan op het merkenrecht in plaats van het auteursrecht en laat de slagzin inschrijven als merk.

reclamerecht



De laatste artikelen
Lidl logo - reputatieschade
Normaal merkgebruik op social media
Positiemerk gele stiksels Dr. Martens boots nietig
Merkbescherming in Qatar
Bestrijden greenwashing/milieuclaims in merken
Onze klanten
Volg Abcor
merkenbureau abcor op facebookmerkenbureau abcor op twitter merkenbureau abcor op linked in merkenbureau abcor op google plus
eiser
gedaagde
eiser
gedaagde

IP Kennisquiz: beschermingsomvang van een verwijzende handelsnaam

Ondernemer A start in 2018 een nieuw bedrijf onder de naam Mobility Next en “myrefurbishedcar.nl”. Beide handelsnamen worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Tevens wordt op 20 september 2018 de domeinnaam vastgelegd. Het bedrijf, gevestigd in Houten, biedt gebruikte, maar nog vrij nieuwe auto’s aan. De kwaliteit van deze middenklasse auto’s is vergelijkbaar met een nieuwe auto. Het gaat om duurdere occasions van net een paar jaar oud. Op 5 maart 2021 wordt de nieuwe website gelanceerd waar het bedrijf zich ook presenteert onder de naam MRCar. Die naam wordt niet ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Ondernemer B registreert op 10 mei 2021 de domeinnaam en laat de handelsnaam inschrijven bij de KvK. Dit bedrijf, gevestigd in Berlicum, verkoopt veel oudere, goedkope gebruikte auto’s. Ondernemer A stelt dat ondernemer B met de naam MRCARS inbreuk maakt op haar oudere handelsnaam MRCar. Eis: ondernemer B moet binnen 4 weken ieder gebruik van de naam MRCARS stoppen. Niet alleen de handelsnaam moet wijzigen, ook de website, het briefpapier, reclame, visitekaartjes et cetera. Daarnaast moet ondernemer B alle proceskosten betalen. Ondernemer B betwist dit. Hij stelt dat Ondernemer A geen handelsnaamrechten heeft op de naam MRCar. De naam staat namelijk niet ingeschreven bij de KvK. Op de website presenteert ondernemer A zich onder de naam My Refurbished Car. Daarnaast is de naam MRCar beschrijvend (heeft het weinig tot geen onderscheidend vermogen) en geeft het dus geen bescherming. Gelet op het totaal andere productaanbod (goedkope oude auto’s versus dure vrijwel nieuwe auto’s) en de andere regio (Houten en Berlicum liggen 50 km van elkaar) is er geen kans op verwarring. De eis moet worden afgewezen. Wie krijgt gelijk en waarom?